Lachende kinderen die met hun vriendjes en vriendinnetjes lekker chillen in de speeltuin. Het geluid van een bal die tegen de goal wordt geschoten. Kinderen die een ‘geheime’ hut bouwen in de struiken. De temperatuur stijgt, het zonnetje laat zich zien. Heerlijk, we kunnen weer. Maar dat is niet meer te zien aan de drukte in speeltuinen en op speelplekken! Kinderen, jeugd en jongeren zitten steeds meer binnen.
Spelen is iets dat voor veel kinderen zo vanzelfsprekend is als eten en drinken. Toch is het vanuit dat oogpunt raar dat kinderen steeds minder buiten spelen, maar vaker achter de computer of op telefoons zitten. Organisaties moeten vandaag de dag steeds meer speciale dagen organiseren om aandacht te vragen voor zaken die we eigenlijk allemaal heel normaal horen te vinden. Denk aan de Nationale buitenspeeldag (Jantje Beton), Modderdag (IVN Nederland), Samenspeeldag (het Gehandicapte kind), Burendag (Oranjefonds) en ga nog maar even door.
Het is aan ons volwassenen om de randvoorwaarden zo te creëren, dat kinderen zorgeloos kunnen genieten van buiten zijn. Dat ze kunnen genieten van samen spelen en bewegen. We merken helaas dat kinderen steeds minder vrijheid krijgen om overal te spelen. Het liefst houden ouders ze in het zicht, in de eigen achtertuin. Of anders mogen ze buiten spelen in de speeltuin, op het schoolplein of op het voetbalveld. Vroeger wisten we van ieder grasveld een voetbalveld te maken. Met een paar jassen of takken werden doeltjes gemarkeerd. Maar vandaag de dag hebben kinderen echte doeltjes nodig en het liefst een ondergrond van kunstgras. Formeel en veilig. Maar het wordt anders ook niet meer geaccepteerd door omwonenden. Ook in de struiken zie je steeds minder kinderen spelen, terwijl iedere volwassene vroeger wel ergens een keer een (geheime) hut heeft gebouwd. Wie klom vroeger niet in bomen en lantarenpalen? Vroeger speelden we overal, maar vandaag de dag staan ouders dit niet meer toe.
Door het ‘formeel-en-veilig’-denken, wordt het ook niet gestimuleerd om op ontdekkingstocht te gaan. Met de vrijheid om vies te mogen worden. Laat kinderen vallen, maar help ze opstaan. Dat heet leerervaring. Zo ontwikkelt een kind zich tijdens spel. Het leert op eigen benen te staan, zoals een jonge vogel leert vliegen doordat deze letterlijk het nest uit wordt geduwd. Laten we kinderen niet langer beperken in onbevangen spelen. Zie de pleister op de wond niet als hulpmiddel tegen het bloeden, maar als trofee voor een kind dat zijn/haar grenzen heeft opgezocht. Kinderen dus niet betuttelen, maar uitdagen. Laat ze oude schoenen aantrekken, die vies en nat mogen worden. Doe ze anders klompen of laarzen aan. Wanneer de wasmachine geen overuren mag maken, trek kinderen dan desnoods een speeloverall aan, zodat hun kleding niet vies wordt.
Vrij spelen hoort juist bij het opgroeien van kinderen. Als je buiten gaat spelen, kun je vallen en vies worden. Jacob Herrie, die onderzoek doet voor de Universiteit van Utrecht naar risicovol spelen, zegt op speelbeweging.nl: “Tijdens het spelen kunnen er dingen misgaan. Kinderen kunnen vallen en een schaafwond of blauwe plek oplopen of komen thuis met gescheurde kleren. Zulke kleine risico’s horen erbij en het is belangrijk dat ouders dit inzien. Kinderen leren ondertussen namelijk hun eigen grenzen beter kennen. Ze doen nieuwe ervaringen op en hun zelfvertrouwen groeit. Kortom, het is goed voor de ontwikkeling van kinderen.” Hedendaagse ouders zijn vooral bezig met wat er allemaal mis kan gaan. Echter blijkt uit het onderzoek van Herrie dat risicovol spelen goed is. Als kinderen vaker avontuurlijker spelen, leren ze zelfstandiger leren omgaan met risico’s. Het fysieke spel legt een basis voor gezonde emotionele, sociale, intellectuele en lichamelijke ontwikkeling. En het is goed voor het zelfvertrouwen én leuk, als buiten spelen een beetje spannend is.
We moeten het als maatschappij zien als een waarschuwing, dat er tegenwoordig een nationale buitenspeeldag nodig is om iets simpels als buiten spelen te stimuleren. Of een dag waarin we aandacht vragen voor het belang van vies worden tijdens spel. De ouderlijke bezorgdheid zorgt er onbewust voor, dat we kinderen te veel beperkingen opleggen en alle plooien voor hen glad proberen te strijken. Dat zorgt er helaas ook voor dat we ze daarmee remmen in hun ontwikkeling, zo erg dat ze hier de rest van hun leven last van kunnen houden. Het moet voor kinderen normaal zijn dat ze na school lekker naar buiten gaan om de wereld te ontdekken en vies te worden. Het wordt tijd dat we dit soort dingen weer gewoon gaan vinden.
Daarom een oproep aan iedereen: Laat kinderen weer overal spelen! Niet ééns per jaar op speciale dagen, maar elke dag. Desnoods in de speeloverall!