foto Speelplan gevaarlijk geplaatst glijbaantje

Branchevereniging Spelen en Bewegen begrijpt het gedogen van ‘activity toys’ in de openbare ruimte, maar wil de regels onveranderd laten

Posted on Posted in Nieuws

De veiligheidseisen aan speeltoestellen in de openbare ruimte zijn streng. En terecht, zo vindt de Branchevereniging Spelen en Bewegen. Daarom vindt de Branchevereniging het geen goed idee om voor plastic kinderspeelgoed, ‘activity toys’ genoemd, een uitzondering te maken op de veiligheidsregels: het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen. Dit met alle begrip voor het gedogen van ongevaarlijke situaties.

Uitzondering op de regels voor ‘activity toys’?
Enkele gemeenten hebben een pilot gedaan, om te bekijken of ‘activity toys’ kunnen worden uitgezonderd van de regels. Want het gebeurt, maar het mag officieel niet: mensen zetten een plastic glijbaantje, speelhuisje of zandbakschelp buiten, in de openbare ruimte. Vaak op een openbare plek vlakbij hun huis, in het verlengde van hun tuin, op een plek waar ook buurkinderen komen spelen. Op basis van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS) moeten alle speeltoestellen voor publiek gebruik aan strenge keuringseisen voldoen. En het plastic speelgoed is alleen geschikt voor gebruik als speelgoed thuis of op eigen terrein door een of enkele kinderen onder toezicht. Belangrijk verschil is bijvoorbeeld dat speeltoestellen veel steviger moeten zijn.

Begrip voor het gedogen van ongevaarlijke situaties
foto Speelplan: activity toys tussen echte speeltoestellenDe Branchevereniging Spelen en Bewegen begrijpt wel, dat het gebeurt; dat mensen dit doen – vaak zelfs zonder te weten dat er regels zijn die het verbieden. En ze begrijpt ook dat er gemeenten zijn, die het niet nodig vinden op basis van de regels aan die praktijk een einde te maken. Meestal gaat het niet om gevaarlijke situaties. Maar die kunnen wel ontstaan, bijvoorbeeld als het plastic speelgoed te dicht bij andere speeltoestellen komt te staan. Of als ze niet stevig staan. Dan is het goed, dat de gemeente op basis van de wet (het WAS) kan ingrijpen. De wet is helder, makkelijk uit te leggen en niet zonder reden ooit tot stand gekomen. Alle speeltoestellen in de openbare ruimte moeten voldoen aan het WAS.

foto Speelplan: activity toy pal naast speeltoestelDe aansprakelijkheid ligt bij de grondeigenaar
De aansprakelijkheid ligt (los van het WAS) altijd bij de eigenaar van de grond. Ieder ongeval met ernstig letsel heeft dus gevolgen voor de eigenaar van de grond. En daardoor is het helder wie er zorgt dat gevaarlijke situaties voorkomen worden. In de openbare ruimte is de grondeigenaar meestal de gemeente. Het is daarom praktisch dat de gemeente op grond van het WAS kan ingrijpen om gevaarlijke situaties te beëindigen en ongelukken te voorkomen.

Uitzonderingen leiden tot verwarring en onduidelijkheid
Het maken van een uitzondering is verwarrend en lastig uit te leggen. Hoe omschrijf je precies een ‘activity toy’? Hoe maak je het verschil duidelijk aan ouders? Wie voorkomt een incident of ongeval? Hoe voorkom je dat partijen allerlei producten een ‘activity toy’ gaan noemen? Zo vallen bijvoorbeeld trampolines niet onder de ‘activity toys’; daar is een andere Engelse term voor: ‘bouncing equipement’. Het komt wel vaak voor dat particulieren deze in de openbare buitenruimte plaatsen. Dit vormt altijd een probleem omdat de risico’s bij deze toestellen veel groter zijn. Omdat onduidelijkheid en meer gevaarlijke situaties buitenspelen niet helpt, vindt de branchevereniging dat er geen uitzonderingen op de wet gemaakt moeten worden.

foto Speelplan: trampoline (geen activity toy) in openbare ruimte

foto Speelplan: trampoline (geen activity toy) naast puntig hek

 

 

 

 

 

 

 

Burgerparticipatie kan prima binnen de regels
Een van de redenen voor de gemeenten om de ‘activity toys’ te willen toestaan, is hun wens tegemoet te komen aan ideeën en initiatieven van inwoners: burgerparticipatie. De ervaring van de branchevereniging is dat dit ook binnen de huidige regels prima kan. En dat plastic speelgoed in de openbare buitenruimte lang niet altijd het beste antwoord is op vragen van actieve burgers. Soms kom je aan die vragen het best tegemoet door gewoon een aantrekkelijke plek te ontwerpen met stevige toestellen, en/of natuurlijk materiaal. En soms kan een ‘spontane’ speelplek voor kinderen nóg leuker worden gemaakt met kleine ingrepen, die de kinderen stimuleren tot spelen; de vakterm daarvoor is ‘speelaanleidingen’. Denk aan een boomstam waar je over kunt lopen, keien, een heuveltje of een hinkelpad. De leden van de branchevereniging denken daar graag in mee.

Buiten spelen vraagt om speelruimte, betrokkenheid en aanvaardbare risico’s
We willen allemaal dat kinderen meer buiten spelen. De belangrijkste voorwaarde is het bieden van voldoende speelruimte, op welke manier dan ook. Ruimte die is ingericht om te spelen, voldoende gevarieerd en voorzien van aantrekkelijke speelwaardes. We juichen de betrokkenheid van bewoners toe, want de openbare ruimte is van ons allemaal. En daarom is het van belang dat deze ruimte de zekerheid biedt van aanvaardbare en overdachte risico’s.

Foto’s: Speelplan